
Het is nogal misbruikt de afgelopen maanden, het werkwoord ‘schakelen’. Het moest komen opdraven in elke mogelijke context die met C*-maatregelen te maken had, als metafoor om de logistiek van onze levens nog maar eens overhoop te gooien met nieuwe regeltjes over wat wel of niet meer kon, nieuwe richtlijnen over hoe de dingen moesten dan wel niet meer mochten.
En toch moet ik er nu zelf aan denken, nu we op het punt staan dat er iets als het eind van een wel heel donkere en nauwe tunnel in zicht komt.

Er is nog heel veel polemiek. Er zijn heel veel tegenstrijdige gevoelens en een heleboel mensen zijn er diep van overtuigd dat we de verkeerde kant op fietsen. Ik heb dat ook, zeker op vlak van klimaatdoelstellingen. Over vaccins en andere weet ik gewoon niet wie er uiteindelijk gelijk zal hebben – omdat niemand ooit alle kennis heeft en niets in het leven ooit helemaal zeker is.
Ik ben niet per definitie wantrouwig, ik ben ook niet blind goedgelovig. Dus rest mij een vorm van rustig nadenken en buikgevoel – wat in mijn geval betekent dat ik geen graten zie in het vaccin. (Wel in hoe de overheid omgaat met vrijheden en verplichtingen en daarbij het vaccin inzet op een manier die voor velen aanvoelt als drukmiddel, dat is iets anders. Maar met de medische kant van vaccinatie? Nee.)
Ik kreeg vorige week mijn eerste prik – sneller dan verwacht en ik weet eigenlijk niet goed waar het aan ligt. Maar dat maakt niet uit. Het zorgde wel voor een stuk horizon: we zullen in de zomervakantie zonder al te veel complicaties een bezoek kunnen gaan brengen aan mijn ouders in Frankrijk (die daar intussen ook allebei al gevaccineerd zijn).
Dat vooruitzicht zorgt behalve voor vreugde ook voor een kleine vorm van stress. Opeens moeten er dingen geregeld worden. Half Frankrijk heeft zich een camper aangeschaft, zei mijn moeder. Als we een uitstap willen plannen, hadden we eigenlijk vorige week al alles moeten beslissen en boeken, inclusief hondenhotel voor de viervoeters die niet mee kunnen.

Ik functioneer slecht onder dat soort plotse druk. Dat merk ik heel duidelijk. Dat is in het gewone leven al zo, maar nu, na anderhalf jaar van benepen duisternis in denken en handelen – of mooier gezegd: van intens leven in het ‘nu’ – is het nog veel sterker het geval.
En kijk, daar is het woord ‘schakelen’. Ken je dat, als je met de fiets rijdt en van versnelling verandert maar de ketting volgt op een of andere manier niet? Je trapt plots te licht, of je weet dat je zwaarder zou moeten gaan maar het gebeurt niet, en je moet nóg een tand bijsteken om de overstap te maken? Dat gevoel heb ik nu.
Het is te veel ineens, en mijn versnellingen willen niet mee.
Er komt een cascade van praktische veranderingen op ons af, in verschillende snelheden. En we fietsen zelf ook allemaal op een verschillend tempo.
Zelf zal ik weinig moeite hebben met mensen omhelzen (als zij daar ook zin in hebben), dat weet ik nu al. (En ja, ik weet precies wie er nu grinnikt.) Maar met andere dingen heb ik niet zo’n haast. Drukke winkelstraten. Grote familiefeesten. En deadlinestress, dus, zeker van het soort dat we onszelf aandoen.

Het zal een heel boeiende choreografie worden, de komende maanden, waarbij we elkaar besnuffelen en wat om elkaar heen dansen, aarzelend en aftastend wie wat wel wil en wat niet. Waarbij we wennen aan ontspannen na verkramping, en hoe dat in eerste instantie misschien ongemakkelijk voelt of zelfs pijn doet (denk aan een slapende voet die je eindelijk vrij krijgt maar waarop je meteen moet gaat staan). Waarbij we merken dat sommige mensen zo ver bij ons vandaan zijn gedreven dat ze eigenlijk uit ons leven verdwenen zijn, en andere juist verrassend dichtbij blijken.
Het is allemaal oké. Ik blijf in het ‘nu’, en ik observeer mezelf en mijn reacties op de dingen die lukken en de dingen die minder lukken. Ik gun mezelf dus ook dit momentje van stroef schakelen.
Of eigenlijk, beter nog, wíl ik niet schakelen. Ik wil zijn zoals de zeehonden en zeeleeuwen die we dit weekend zagen in de ZOO.
Het was superlang geleden dat we daar nog waren. Ik heb het normaal niet zo voor veel volk bij elkaar en al helemaal niet voor dieren in kooien, maar voor vrienden en de allerschattigste tweeling van Vlaanderen doe je veel.
De zeehonden en de zeeleeuwen, dus. De ene soort zwom loom en rustig, de andere snel, krachtig en acrobatisch. Maar allebei straalden ze dezelfde gratie uit, dezelfde souplesse, genietend, vertrouwend, vreugdevol.
Er hoeft helemaal niet geschakeld te worden, begrijp ik. Laten we maar gewoon vertrouwen op de stroom, en op ons eigen ritme daarin.

Je hebt weer prachtig verwoord wat een heleboel mensen, waaronder ikzelf, voelen en denken. Je bent een taalkunstenares. Je raakt de juiste snaren. Succes met het organiseren van je reis naar Frankrijk. Wat zullen je ouders er naar uitkijken. Omhels ze van mij. Knuffel.
LikeGeliked door 3 people
Dankjewel! En dat doe ik zeker. ♥️
LikeLike
Grinnik. 😉
LikeGeliked door 1 persoon
Schakelen, je plaatst het in een schitterende vorm van schrijven op een hoger niveau van amusant en aangenaam leesbaar, waarbij elke zin haast een eigen verhaal weergeeft. Eveneens je foto’s zijn van een prachtig leven, alleen stel ik mij dan hierbij de vraag: In hoeveel versnellingen moeten die zeehonden dan terugschakelen voordat de anders de bocht van hun veel te kleine zeetje niet halen. Vrijheid en aan banden gelegd om het ‘mensdom’ te plezieren. Maar goed, ga daar niet verder over uitdeinen, zij weten misschien niet beter meer hoe vrijheid en zonder schakelen alle remmen los, rechtdoor zee en oceanen ongeremd, zich uitleven, in hun natuurlijke vorm van overleven.
Frankrijk… dat zal voor ons wel over een paar jaar worden vanaf de meeste heisa een beetje, doch in uw standpunt begrijp ik best dat het terugzien van je ouders vast een voorrangsregel is. Veel moed en succes toegewenst, sterkte naar een zoveel mogelijk stressvrije reis en behouden terugreis.
Vriendelijke groet,
Marc
LikeGeliked door 1 persoon
We weven ons leven met kleine draden, hé Marc. En hoe breed ook mijn perspectief, ik heb net als iedereen mijn kleine behoeften. Dat vind ik prima.
Dieren in kooien (of krappe bassins) geven me altijd een heel dubbel gevoel. Ik ben er absoluut geen voorstander van, en zeker de zeeleeuwen zaten penibel krap behuisd, ocharme. Maar ik ben dankbaar om wat ze me brachten aan beelden en inzicht. Niets is ooit helemaal voor niets, geloof ik.
LikeGeliked door 2 people
Begrijp volkomen je beredenering, doch ik moest even mijn ‘ei’ kwijt, en hopelijk vond jij het niet misplaatst.
Het is heel sierlijk omschreven je intro van dit reageren… hoe ouder we worden hoe fijner en brozer het spinrag wordt.
Fijne avond Kristin
LikeGeliked door 1 persoon
Van dieren kunnen we zoveel leren ja. Ik heb iets met otters, vanwege dezelfde speelsheid en soepelheid en ook: vastberadenheid. Af en toe zie ik er eentje als ik op het strand van de fjord wandel. Ik word er altijd vrolijk van, en zo gauw ik probeer zelf ‘otter’ te zijn, wordt een heleboel ineens minder stroef. Fijn vooruitzicht: je ouders weer kunnen omhelzen!
LikeGeliked door 1 persoon