Spiegeltje, spiegeltje…

Ik hou van laagjes en weerspiegelingen in foto’s.
Gelaagdheid helpt om weer te geven hoe ik de realiteit percipieer: een subtiel en complex web van allerhande verschillende aspecten van lichaam, geest en gevoelens, en hun interacties met onze omgeving.

Een van de redenen waarom ik van weerspiegelingen hou, is dat ze zoveel lagen toevoegen aan een beeld. Maar vanuit een metaforisch of psychologisch standpunt zijn weerspiegelingen (of spiegels) een harde noot om te kraken. Ze zijn mooi en erg krachtig. Maar tot je ermee om leert gaan, kunnen ze ook knap pijnlijk zijn.

 

Wintergroen_010 ed klein
(c) KV

 

We houden onszelf voor de gek als we geloven dat we de realiteit zien en ervaren ‘zoals ze is’. In werkelijkheid zitten we opgesloten in onze eigen geest, en onze eigen manier van waarnemen. Onvermijdelijk zien we de wereld door een waas dat gekleurd is door die innerlijke processen.
Als we diep gelukkig zijn over iets goeds wat er in ons leven gebeurt, dan kan zelfs de somberste dag ons humeur er niet onder krijgen. Misschien genieten we op dat moment zelfs van de wolken of de regen. Maar als we ons neerslachtig voelen, lijkt zelfs de stralendste zomerdag maar dof.
We zien niet echt de sfeer van de dag, de regen of de zon hebben er in feite helemaal niks mee te maken. We ervaren ze doorheen onze emotionele filter, en wat we daarbuiten zien, spiegelt ons eigen humeur gewoon naar ons terug.

Het is een ogenschijnlijk simpele regel in allerlei filosofieën en stromingen (spiritueel of niet): het gelijke trekt het gelijke aan. Focus op triestige of negatieve dingen, en je trekt er nog meer van aan. Schenk aandacht aan schoonheid en goedheid, en dan krijg je dáár meer van.

Dat werkt niet als een of andere kosmische straf omdat we ‘goede’ dan wel ‘slechte’ gedachten zouden hebben. Het is eigenlijk veel eenvoudiger, maar ook veel directer en daarom heel krachtig. We resoneren met datgene wat we zelf ‘zijn’. En wat we ‘zijn’, is de kwaliteit van onze gedachten en ons bewustzijn.

Daar hoeven helemaal geen ethische implicaties aan vast te hangen. Het moment dat ik de naam van één specifieke boom leerde, zag ik die bepaalde soort plots overal. Het moment dat ik geïnteresseerd raakte in vogels, begon ik elk gevleugeld wezen te zien dat mijn pad kruiste. Door ze op te merken, ging ik beter kijken. Door beter te kijken, begon ik vlucht- en vleugelpatronen te herkennen.
Uiteraard waren die bomen en die vogels er altijd al. Alleen had ik ze niet opgemerkt, en hadden ze geen echt deel uitgemaakt van mijn leven. Nu dus wel, en hoe.

Focussen op bomen en vogels is een keuze. Die maakte ik niet bewust op het moment dat het gebeurde, maar nu ik mij er bewust van ben, kan ik kiezen of ik ermee doorga of niet. Ik zou me op iets helemaal anders kunnen concentreren. Dan zou ik daar veel meer van beginnen zien. Gewoonlijk zijn het echter onze onbewuste drijfveren en gevoelens die bepalen wat we opmerken, en daar staan we doorgaans niet bij stil. We denken gewoon dat we de realiteit zien ‘zoals ze is’.

Erachter komen dat we de werkelijkheid in feite waarnemen doorheen een filter van onze persoonlijke gedachtepatronen is niet altijd leuk. De meesten van ons zullen nog herkennend glimlachen en knikken bij de uitspraak dat je, als je probeert zwanger te worden, plots overal zwangere vrouwen ziet lopen. Maar het is een stuk minder prettig als iemand ons vertelt dat precies hetzelfde principe opgaat voor corruptie, oneerlijkheid, verraad of pijn. We geloven oprecht dat we deze dingen ervaren omdat anderen ze ons aandoen, en wij hebben er echt niets mee te maken! Alleen hebben we dat wel. Het zit zo: de dingen die we opmerken, zijn weerspiegelingen van een stuk van onszelf.

 

deSingel_068 klein
(c) KV

 

Je hebt vast al eens een kat of een hond woest zien worden tegen zijn eigen spiegelbeeld. Dat is precies hoe dit ook werkt. Wat we waarnemen in de werkelijkheid is heel sterk verbonden met hoe we ons op dat moment voelen, en wat we voor waar aannemen over onszelf, de wereld, enzovoort. Maar in plaats van dat gegeven buiten ons te benaderen als een spiegelbeeld dat ons iets kan leren over onszelf, blijven we het benoemen als iets wat volledig buiten ons ligt.

Ik kon vroeger bijvoorbeeld heel erg overstuur geraken van situaties waarin vrouwen werden onderdrukt, geknecht en misbruikt. Daarover horen of lezen maakte me bijna fysiek misselijk. Ik had dat gevoel zelfs als ik literatuur las uit Victoriaans Engeland. Het duurde even voor ik erachter kwam dat de reden waarom dit mij zo van streek maakte, lag in het feit dat ik zelf een stuk van mezelf, en in het bijzonder mijn vrouwelijkheid, onderdrukte en beperkte. Als ik las over onrecht tegenover vrouwen, werd de wonde die ik had, het gevecht dat ik met mezelf aan het leveren was, aangeraakt.

Ik bedoel hier geenszins mee dat vrouwenrechten niet belangrijk zijn, of dat ze louter een spiegel zijn en geen gevecht dat we moeten voeren. Maar behalve een belangrijke sociale kwestie was dit onderwerp voor mij ook een uiterst persoonlijke spiegel die mij een bang en gekwetst stukje van mijzelf toonde. Ik moest het alleen willen herkennen.

We kunnen alles en iedereen in ons leven, op elk moment van elke doordeweekse dag, en al onze interacties met andere mensen, gebruiken als spiegels die ons iets leren over onszelf. Want wat ons aanspreekt – of afstoot -, wat ons kwetst of geneest, is een rechtstreekse boodschap van ons spiegelbeeld aan onszelf. De regel is: als je het opmerkt (in zowel positieve als negatieve zin), dan kan het je iets leren over jezelf.

Waarom zou je daar al die moeite voor doen, vraag je je misschien af. Moeten we al die dingen die ons van in de spiegel aanstaren werkelijk oplossen?

Nee. Natuurlijk niet.

Het was absoluut niet noodzakelijk om mijn oude wonden rond vrouwelijkheid te genezen om op de barricaden te kunnen gaan staan voor meer vrouwenrechten, om maar iets te zeggen. En ja, het is perfect mogelijk om te leven met kwetsuren en pijn. Maar het is moeilijk om echt open te bloeien en te floreren.

Onze wonden erkennen, en die stukken van onszelf helpen genezen die nood hebben aan liefdevolle zorg en aandacht, maakt van ons gelukkiger en gezonder mensen, één stukje weerspiegeling per keer.
En gelukkiger mensen zijn ook beter toegerust om de gevechten te voeren waarvan ze vinden dat die echt waardevol zijn. Ze zullen de confrontaties ermee aangaan vanuit een houding van levenswijsheid en kracht, in plaats van ernaar uit te halen als gevolg van pijn.

In alle eerlijkheid: het is veel werk. Soms voelt het als een gevecht dat nooit ophoudt. Maar als er een ding is wat twintig jaar bewust werken met spiegels mij heeft geleerd, is dat het absoluut de moeite waard is.

Misschien is dat nóg een reden waarom ik zo graag weerspiegelingen in mijn foto’s steek.

 

Wintergroen_023 ed klein
(c) KV

Een gedachte over “Spiegeltje, spiegeltje…

Plaats een reactie